2 Literatuur
Literatuur
Je vindt hier een overzicht van de doelen literatuur. Onderaan verduidelijken we kort een aantal termen. In het leerplan zelf vind je nog meer informatie en verwijzingen naar de voorkennis van de leerlingen.
8
De leerlingen verwoorden de eigen beleving en interpretatie van literaire teksten.
9
De leerlingen analyseren hoe in literaire teksten betekenissen worden gecreëerd met narratieve, retorische, poëticale en theatrale structuren en technieken.
10
De leerlingen analyseren hoe literatuur en de plaats die ze inneemt in de maatschappij evolueren doorheen de tijd.
11
De leerlingen gaan in interactie over de relevantie van literaire teksten voor hun leefwereld, voor de samenleving waarin ze leven en voor de samenleving waarin de teksten ontstonden.
De relatie van literaire teksten tot literaire stromingen en periodes.
Literaire teksten uit de middeleeuwse literatuur, renaissance en barok, verlichting, romantiek, realisme, moderne literatuur, postmoderne literatuur en hedendaagse literatuur.
Een aantal zaken zoals beeldspraak, vergelijking, metafoor, vormen van humor e.d. kwamen zeker al aan bod in de vorige graden. Nieuw zijn in de derde graad bv. personificatie en enjambement.
Ook hier keren termen uit vorige graden terug. Leerlingen hebben in hun analyse van teksten o.a. aandacht voor de personages, het vertelperspectief, spanningsopbouw, tijdgebruik enz.
In de derde graad is er ook aandacht voor elementen van opvoeringsanalyse bij dramatiek.
Met onder andere aandacht voor adaptaties, intertekstualiteit en het literaire bedrijf.
Ook hier keren termen uit vorige graden terug. Leerlingen hebben in hun analyse van teksten o.a. aandacht voor de personages, het vertelperspectief, spanningsopbouw, tijdgebruik enz.
In de derde graad is er ook aandacht voor elementen van opvoeringsanalyse bij dramatiek.
| Weergaven | |
|---|---|
| 70 | Totaal # weergaven |
| 70 | Leden weergaven |
| 0 | Openbare weergaven |
| Acties | |
|---|---|
| 0 | Vind-ik-leuks |
| 0 | Vind-ik-niet-leuks |
| 0 | Opmerkingen |